De eerste kennismaking met de lokale bevolking zodra je het vliegveld uitstapt, is doorgaans de taxichauffeur. Zo ook toen ik met mijn zusje halverwege januari in Ho Chi Minh in Zuid-Vietnam arriveerde. En warempel: we werden vrijwel onmiddellijk afgezet. Nee, niet van de ene locatie naar de andere, maar financieel afgezet. Terwijl we door de drukke straten van Saigon reden, werden we al niet vrolijk van de muffe geur en de gekte van de stad, maar de aanvaring met de onvriendelijke taxichauffeur aan het eind van de rit maakte dat onze eerste indruk van Vietnam weinig was om over naar huis te schrijven.
Inmiddels is het bijna twee maanden later (jaja, ‘druk’ met reizen), heb ik een maand Thailand achter de rug en zit ik met mijn zongebruinde lijf in Cambodja. Belangrijker is dat ik inmiddels helemaal terug ben gekomen op die eerste indruk van Vietnam. Ik vond het er heerlijk! Want zodra je je eroverheen zet dat mensen niet goed Engels spreken en door de psychologische muur weet heen te breken, zijn de Vietnamezen hartelijke, fijne mensen die altijd bereid zijn om je te helpen.
Drie weken heb ik er doorgebracht. Het was bij lange na niet genoeg om het land goed te leren kennen. Sterker nog, vanwege de temperatuursverschillen tussen het noorden, midden en zuiden van het land én mijn beperkte garderobe, koos ik ervoor om alleen de warme oorden in Zuid-Vietnam te ontdekken. Het leidde tot een viertal plekken die ik met plezier heb ontdekt. En aangezien ik ondertussen al talloze mensen heb voorzien van handige tips voor hun verblijf in Zuid-Vietnam, leek het me handig om deze tips nu eens zwart op wit vast te leggen. Daar komen ze dan, handig in een rijtje opgesomd.
Hoofdstad van Zuid-Vietnam: Ho Chi Minh, aka Saigon
De grote stad in het Zuiden van Vietnam wordt officieel al jaren Ho Chi Minh genoemd. Toch spreekt de lokale bevolking – en toeristen die er geweest zijn – altijd over Saigon. De stad staat bekend om de hectiek in het verkeer, maar ondanks dat heeft het een charme die ik niet kon weerstaan.
1. Voor backpackers die lekker de toerist willen uithangen: verblijf in District 1, het hart van de stad van waaruit je naar alle winkelcentra kunt gaan, of in de omgeving kunt genieten van de lokale of Westerse keuken.
2. Mijn favoriete accommodatie: Eco Backpackers Hostel op Phạm Ngũ Lão nummer 373. Het is een spotgoedkoop hostel tussen het feestgedruis. En toch is het er uitermate schoon, modern, veilig en comfortabel. Met oordopjes in slaap je als een roos. Ook als je op de eerste verdieping ligt.
3. Reizen: Van plan om naar een andere stad te gaan? Boek je tour via Futa Buslines. Ze rijden op tijd, hanteren eerlijke prijzen, hebben comfortabele (slaap)bussen en stoppen regelmatig op plekken met normale toiletten en lekker eten. Dit in tegenstelling tot sommige andere busmaatschappijen waar ik moest betalen om te squatten boven een gat in de grond. I rest my case.
4. Geschiedenis: Het War Remnants museum geeft je weliswaar een eenzijdig beeld van de oorlog in Vietnam, maar het is evengoed een stukje educatie die je niet wilt missen. Combineer dit eventueel met een bezoek aan de Co Chi tunnels (ietwat teleurstellend in mijn beleving).
5. Honger? In District one – zoek de kleine steegjes op – zijn er kleine straatkraampjes waar verse sushi voor je wordt gemaakt. Lovely!
6. Vegetariërs opgelet: enkele meters naast het War Remnants Museum zit ‘Hum’. Een vegetarisch restaurant waar je kunt genieten van Indiase, Thaise, Vietnamese en andere gerechten. Iets prijziger dan je gewend bent in Vietnam, maar het geld beslist waard. Mijn favo: de gebakken rijst met ananas.
7. Verkeer: de wijze waarop de Vietnamezen in de georganiseerde chaos opgaan, is memorabel. Ze zien je heus wel, ook al denk je van niet. Ze zullen niet voor je stoppen als je oversteekt, maar rijden moeiteloos om je heen. De enige mogelijkheid om over te steken is dus: gewoon lopen en niet bang zijn.
Can Tho
De stad aan de befaamde Mekong Delta met haar ‘floating markets’. Leuk om gezien te hebben, maar na een dag of twee ben je er wel klaar mee.
8. Verblijf bij Guesthouse Hien (Phan Dinh Phung 118/10 Ð) waar de vriendelijke doch uiterst zakelijke eigenaresse je met open armen ontvangt.
9. De floating markets zijn beslist leuk om gezien te hebben, maar niet super bijzonder. Denk er eventueel over na om een andere tour over de rivier te nemen, om meer te genieten van de natuur.
10. Probeer zeker de verse loempia’s (verse groente in rijstvel) die je overal in Zuid-Vietnam kunt krijgen.
Phu Quoc
Neutraal schrijven over Phu Quoc kan ik niet. Vergeef me. Het is het eiland waar ik de liefde vond en waar ik dus in mijn rozewolkfase alleen maar positief op terugkijk. Hierbij wat kenmerken van het eiland.
11. Phu Quoc is simpelweg een eiland om te bakken op het strand (Long Beach), of om fietstochtjes te maken. Het grootste gedeelte van het eiland is een natuurreservaat. Verwacht dus geen attracties, of culturele bezichtigingen.
12. Bounty: Dat gezegd hebbende, is het strand parelwit en de zee helder blauw. De zonsondergang is dan ook waan-zin-nig mooi.
13. Eten: de talloze restaurantjes op het strand serveren heerlijke, verse vis van de barbecue. Puur genieten! Maar vergeet ook de kleine straatjes vanaf het strand naar de grote weg niet, waar je soms verrast wordt door de heerlijke Franse keuken.
14. Rory’s Bar: een gezellige beach club waar je in een ongedwongen sfeer een biertje kunt doen.
15. Accommodaties zijn niet goedkoop: reken op minimaal $20,00 (€15,00-16,00) per nacht voor een kamer. Goedkoper heb ik daar niet gevonden. Gemiddeld betaal je al gauw $35,00. Boek best vooraf om zeker te zijn dat je een plek hebt.
16. Er staan een stuk of twee vissausfabrieken op het eiland. Als je richting het noorden fietst, neem een mondkapje mee. De stank is er immers niet te harden…
17. Zee: het zeewater is heerlijk, maar er zit aardig wat plankton in. En ja, plankton bijt. Dus die gekke prikjes? Nu weet je waardoor je die voelt.
18. Alanis Coffee Deli (Tran Hung Dao Street 98) maakt heerlijke Vietnamese koffie. De traditionele Vietnamese koffie is een soort espresso shot met mokkasmaak. De meeste mensen zijn er stapelgek op. Bij dit koffietentje kun je dan ook lekkere koffie kopen om als souvenier mee te nemen.
Mui Ne
De laatste 10 dagen in Zuid-Vietnam heb ik geluierd (en af en toe gewerkt) aan de kustplaats Mui Ne. Klein Moskou kunnen we het ook noemen. Russen hebben geen visum nodig om het land binnen te komen. En dus verzamelen ze veelvuldig hier.
19. Guesthouse Keng (Nguyen Dinh Chieu 185): dit was beslist een fijne plek om te verblijven. Met amper $12,00 voor mijn eigen kamer en een schone badkamer kon ik de herinnering aan die nare eerste nacht in een vies hostel meteen uitwissen. Een kwartiertje lopen naar de wat drukkere gedeeltes en het strand, maar de rust is het beslist waard.
20. Massages: Er zijn talloze spa’s en massagesalons in Mui Ne. Enkele van hen richten zich op de toeristen die graag gaan voor luxe en comfort en hanteren dan ook bijna Westerse prijzen. De service is daar uitmuntend. Voor de budgetreiziger kun je echter ook bij de lokale salons terecht voor een prima massage of pedicure.
21. Mexicaans eten doe je bij El Latino: gezellige entourage en een heerlijke keuken.
22. Live music en een gezellige sfeer? Café Joe’s is een fijne plek (en je kan er ook overnachten). Vol verbazing zag ik daar de Hot Vanilla op de kaart staan. Als vanille-freak kon ik niet wachten deze te proberen. Wat een genot! In feite is het warme melk met een shot gecondenseerde melk, dus prima om thuis te maken als verwennerij.
23. De rode zandduinen: talloze tour operators bieden je een dagtour aan om de ‘white and red sanddunes’ te bezoeken. Dankzij een avontuurlijk ingestelde Duitser die ik daar ontmoette, ben ik lekker – hoe Hollands – op het fietsje gegaan. Tien kilometer trappen in de hitte om de rode zandduinen te bewonderen, maar het was een perfecte workout. De witte duinen heb ik dus overgeslagen.
24. The Fairytale Stream: wees slim en bezoek deze eventueel op de weg terug van de rode duinen (als je dus gaat fietsen). Mijn Duitse reisgenoot en ik besloten dus de dag daarna weer die kant op te gaan om dit sprookjesachtige stroompje alsnog te bezoeken. Lopend. En dat was al met al best een pittige klus. Maar beslist de moeite waard, want je komt allerlei goede fotospots tegen.
Dit artikel werd geschreven door Michelle Coops.
Over Michelle:
Michelle Coops kan niet stilzitten. Altijd weer op zoek naar die nieuwe thrill. Een lange reis, dat moest het volgende avontuur worden. Alle excuusjes zette zij aan de kant, bedacht een plan en boekte haar ticket. Als reizende schrijver trekt zij nu Azië door. Gedurende zes maanden houdt zij jou op de hoogte van haar avonturen.
Alle foto’s werden genomen met een Olympus XZ-10.
Heb je zelf ook interesse om een leuke gastblog te schrijven voor Zuidoost-Azië Magazine? Neem dan contact op via dit formulier.
Leuke tips, ik ga in februari 2 weken, naar aanleiding van jouw verhaal ga ik deze twee weken gebruiken om zuid-vietnam te verkennen. Bedankt voor de tips!